ECONOMIE

Een liberale economie, waarbij iedereen zo veel mogelijk vrijheid kent, heeft twee elementen. Ten eerste de vrijheid voor eenieder om op de voor hem beste wijze een bijdrage aan de economie te leveren en daaruit een inkomen te verwerven. Ten tweede een overheid die diegenen ondersteunt die om wat voor reden dan ook – behalve bij evidente eigen schuld – buiten het arbeidsproces zijn geraakt en zorgt dat zij weer op een gepast niveau aan het werk kunnen. Zie verder hiervoor de arbeidsmarkt en sociale zekerheid.

 

Begrotingsbeleid

LibDem vindt dat je in een recessie niet geforceerd moet bezuinigen. Niets doen is beter dan bezuinigen. LibDem doet daarom geen voorstellen voor bezuinigingen. Wanneer de groei aantrekt, zal het begrotingstekort van de overheid vanzelf teruglopen. Het bezuinigingsbeleid van Rutte II is voor Nederland nadelig geweest. Zie Leidt snoei tot groei (ING Bank)

Wel is het natuurlijk belangrijk om de efficiency bij de overheid te verbeteren, dat moet altijd. Dat houdt echter niet in dat a priori bezuinigingen moeten worden ingeboekt. Deze visie van LibDem wordt door veel verstandige economen onderschreven, zoals Nobelprijswinnaar Paul Krugman en het Britse blad The Economist.

In Nederland vindt daarentegen een meerderheid dat er nu wel bezuinigd moet worden. Dat is onverstandig en zal alleen maar de werkloosheid doen oplopen. Je kunt beter een iets hogere staatsschuld hebben dan een hogere werkloosheid en een verloren generatie, zoals begin jaren ’80 van de vorige eeuw.

 

Zonder effectieve Europese coördinatie zal de kredietcrisis in Europa langer duren dan nodig. Die coördinatie ontbreekt nu.

De kredietcrisis vraagt om een sterkere Europese aanpak. LibDem wil de volgende maatregelen voor de korter termijn. Deze maatregelen kunnen tijdelijk zijn:

  1. een gecoördineerd Europees begrotingsbeleid, gericht op het voorkomen van vraaguitval. De lidstaten blijven verantwoordelijk voor hun begrotingsbeleid; niettemin maken zij onderling afspraken teneinde de vraag op peil te houden;
  2. een Europees gecoördineerd stelsel van (export)kredietgaranties.

De Haagse partijen laten het hierbij afweten. In het kamerdebat van 26 maart 2009 over de economische crisis werd Europa niet of nauwelijks genoemd.
De maatregelen die Den Haag wel neemt zullen niet of nauwelijks effectief zijn. Onze exportsector heeft daar niets aan. Den Haag laat onze exportsector in de steek.

Op de langere termijn verschuift de economische macht steeds meer naar landen als China, India en Brazilië. Dat is onvermijdelijk en Europa moet zich daarop voorbereiden. Wij moeten in Europa ook maakindustrie houden en niet alles aan andere landen uitbesteden. Dat is niet efficiënt en niet in het belang van Nederland en Europa. Grondstoffen en energie zullen schaarser worden; Europa moet daar nu al rekening mee houden.