MILIEU

Verantwoordelijkheid voor volgende generaties houdt onder meer in dat schadelijke gevolgen van het economisch handelen voor de leefomgeving zo veel mogelijk moeten worden beperkt en tot een duurzaam niveau moeten worden teruggebracht. Het milieu is een publiek goed en dat vraagt om een duidelijke rol van de overheid, dat kun je niet aan de markt overlaten. De overheid dient het milieu dus als publiek goed te beheren. Wel moet dat zo marktconform mogelijk gebeuren, dat is beter voor het milieu en ook beter voor de economie.

Met marktconforme instrumenten, zoals een heffing op vervuilende activiteiten, kan de overheid generieke maatregelen nemen.  Zie ‘Een groene markt‘. Wel is het van belang dat de inkomsten die de overheid uit de marktconforme instrumenten ontvangt aan de burgers teruggegeven worden in de vorm van lastenverlichting en dat deze niet leiden tot een algemene herverdeling van inkomen.

Zo is LibDem voor een algemene heffing op CO2-uitstoot. Dat kan het beste in Europees verband worden geregeld. Essentiële voorwaarde daarbij is dat de overheid de ontvangen middelen teruggeeft in de vorm van lastenverlichting, bijvoorbeeld een verlaging van de BTW. Dat betekent dus dat vervuilende producten of diensten duurder worden, terwijl producten of diensten – waaronder groene energie – die niet vervuilend zijn goedkoper worden. De consument wordt zo gestimuleerd die producten te kopen die het milieu het minst belasten, maar houdt wel zijn keuzevrijheid. Het milieubeleid van LibDem wordt nader toegelicht in hoofdstuk 5 van het boek ‘Europa kan anders’ (2009)

Met deze marktconforme benadering wijkt LibDem duidelijk af van de traditionele partijen. Deze geven ofwel minder prioriteit aan het beschermen van het milieu, zoals de VVD en de PVV, ofwel staan een milieubeleid voor dat gebaseerd is op symboolpolitiek, zoals het zinloze verbod op de gloeilamp.

Het milieubeleid van LibDem is beter voor het milieu dan hetgeen GroenLinks voorstaat, omdat de daadwerkelijke vervuiling belast wordt, en beter voor de economie dan wat de VVD wil, omdat het marktconform is . Bovendien wordt de concurrentiepositie van het Europees bedrijfsleven niet aangetast. Zie artikel ‘Europees energiebeleid ondermijnt concurrentiepositie’. Het is de enige manier om op effectieve wijze te zorgen voor een duurzame leefomgeving.